Sport
Cannabis en het spoor: wetenschap, experimenten en controverse
De relatie tussen cannabis en sport wordt al lang gekenmerkt door tegenstrijdigheden.
Aan de ene kant blijven internationale instanties zoals het Wereld Anti-Doping Agentschap (WADA) THC, de belangrijkste psychotrope stof in cannabis, indelen onder de verboden stoffen, onder vermelding van een mogelijke prestatieverbetering en een schending van “sportiviteit”.
Aan de andere kant suggereren verschillende onderzoeken en een groeiend aantal getuigenissen van atleten dat cannabis misschien niet de prestaties in conventionele zin verbetert, maar wel de subjectieve ervaring van inspanning kan veranderen.
Wetenschappelijk onderzoek: geen fysiologische winst, maar een verandering in perceptie
Een recent onderzoek van Christian Cheung, gepubliceerd in het Journal of Applied Physiology, benadrukte het effect van cannabis op uithoudingsvermogen. Veertien amateursporters werden getest in tijdritomstandigheden onder verschillende scenario’s: vasten, na het consumeren van THC-dominante cannabis of CBD-dominante cannabis.
De resultaten waren duidelijk: THC vertraagde de deelnemers, met een daling van 5,1% in prestaties wanneer gerookt en 7,5% wanneer verdampt. De CBD had daarentegen geen meetbare invloed op de prestaties.
“Tijdens de submaximale warming-up verhoogde THC (maar CBD niet) de hartslag met 14-18 slagen per minuut,” legde Cheung uit. “.
Vreemd genoeg bleek uit ander onderzoek aan de University of Colorado at Boulder dat atleten een groter gevoel van euforie, gemak en ontspanning – de beroemde “runner’s high” – rapporteerden na het consumeren van cannabis, zelfs CBD-dominante soorten. Deze paradox, waarbij CBD (dat als niet-psychoactief wordt beschouwd) de psychologische ervaring van lichaamsbeweging lijkt te versterken, blijft onderzoekers ook verbijsteren.
De cultuur van stonede sporters
Hoewel gecontroleerde onderzoeken zeldzaam blijven, zijn er ervaringen uit de praktijk in overvloed. Denver-auteur Josiah Hesse heeft deze ondergrondse cultuur opgetekend in zijn boek Runner’s High, waarin hij de wijdverspreide, zij het weinig gepubliceerde, praktijk van sporten onder invloed van cannabis onderzoekt.
Hesse begon zelf met hardlopen toen hij eind twintig was en had aanvankelijk moeite om van de activiteit te genieten. Dat veranderde toen hij THC gummies probeerde voor een training: “In plaats van pijn en frustratie voelde ik me vrij. Het voelde alsof ik nog maar 25 kilo woog toen ik bergopwaarts rende, vertelde hij aan de Colorado Sun.
Vanaf dat moment werd hardlopen onder invloed van cannabis een dagelijks ritueel, dat hem hielp van een sedentaire levensstijl naar ultra-marathon afstanden. Naast zijn eigen verhaal heeft Hesse veel atleten geïnterviewd, van ultramarathonner Avery Collins, die openlijk cannabis steunt, tot oorlogsveteranen die het gebruiken om hun posttraumatische stressstoornis te beheersen tijdens de training.
Deze verslagen komen overeen met een onderzoek uit 2019 van de Universiteit van Colorado, waaruit bleek dat 81,7% van de cannabisgebruikers in staten waar cannabis legaal is, aangaf cannabis te associëren met lichaamsbeweging, waarbij de meesten zeiden dat het hun plezier vergrootte.
Pijn, herstel en angst beheren
Voor veel endurance-atleten wordt cannabis niet gebruikt om menselijke grenzen te verleggen, maar eerder om te leren omgaan met de onvermijdelijke pijn en stress die gepaard gaan met extreme inspanning. Ultratraillopers zoals Jenn Shelton en Avery Collins hebben openlijk toegegeven cannabis te gebruiken om maagklachten te verminderen, pijn te beheersen tijdens races van meer dan 100 kilometer en het herstel na de training te bevorderen.
Zoals Shelton uitlegde aan de Wall Street Journal: “De persoon die een ultratrail gaat winnen is de persoon die zijn pijn kan beheersen, niet hoeft over te geven en kalm kan blijven. Een joint voldoet aan alle drie deze voorwaarden.”
Collins, die deelneemt aan wedstrijden van maximaal 300 kilometer, gebruikt ook cannabis na de wedstrijd om weer in slaap te komen en wedstrijdgerelateerde stress te verminderen. Dit aspect van zelfmedicatie heeft aan populariteit gewonnen in een tijd waarinalternatieven voor opiaten steeds gewilder worden voor pijnbestrijding.
De Amerikaanse ultraloper Matt Johnson gaat bijvoorbeeld het podium op tijdens zijn herstelsessies.
Zelfs traditioneel conservatieve sportinstellingen zoals de NFL hebben onderzoek naar cannabis voor herstel gefinancierd.
Tussen tegencultuur en mainstream debat
De aanwezigheid van cannabis in duursporten weerspiegelt ook de tegenculturele wortels van de ultramarathon.
In tegenstelling tot traditionele atletiek, waar strenge trainingsprogramma’s domineren, omarmt de ultra-marathongemeenschap vaak alternatieve levensstijlen. Cannabis en trailrunning zijn niet per definitie onverenigbaar. Gezien het risico op ernstige blessures, uitdroging en ongemak dat gepaard gaat met deze buitengewone inspanningen, is het begrijpelijk dat deze atleten er alles aan doen om pijn te vermijden.
Deze praktijk blijft controversieel, zelfs met conventionele ontstekingsremmers, waarvan het gebruik steeds meer wordt afgekeurd door elitetrailers. Antidopingcontroles zijn ook zeldzaam bij ultratrailwedstrijden, vooral bij die wedstrijden die niet in de schijnwerpers van de wereldatletiek staan. Terwijl sommige atleten, zoals Shelton, om ethische redenen weigeren wiet te gebruiken tijdens officiële evenementen, zien anderen geen conflict tussen prestaties en persoonlijk welzijn.
Een juridisch en ethisch grijs gebied
De kwestie van cannabis in de sport kan niet los worden gezien van de wettelijke status ervan. In de Verenigde Staten hebben veranderingen in regulering het debat weer aangewakkerd over de noodzaak voor het WADA om zijn positie te herzien. De zaak van Sha’Carri Richardson, gehangen na een positieve test tijdens de Olympische selecties van 2021, blijft emblematisch voor deze spanning.
In Frankrijk, waar recreatieve cannabis illegaal blijft, ligt het debat nog steeds stil, ondanks de lopende experimenten met medicinale cannabis en de legaliteit van CBD. In januari 2023 riep de Franse Economische, Sociale en Milieuraad zelfs op tot het reguleren van de verkoop van cannabis, als erkenning van de paradox van het naast elkaar bestaan van strenge wetten en enkele van de hoogste consumptiecijfers in Europa.
Voorlopig blijft cannabis een verboden middel in de wedstrijdsport, ook al tonen onderzoeken weinig bewijs voor een direct effect op prestatieverbetering. Dit maakt het steeds moeilijker om het schorsen van atleten zoals sprinter Sha’Carri Richardson te rechtvaardigen voor iets dat geen duidelijk effect heeft op hun prestaties.
De wetenschap van de “runner’s high”
Een van de meest intrigerende wetenschappelijke discussies gaat over de “runner’s high” zelf. Lange tijd werd het toegeschreven aan endorfine, maar recent onderzoek wijst uit dat de neurotransmitter “anandamide“, ook wel de “geluksmolecule” genoemd, een centrale rol speelt. Deze wordt geactiveerd door lichaamsbeweging en bindt zich aan dezelfde receptoren als THC, wat de opvallende overlap verklaart tussen natuurlijke en door cannabis veroorzaakte euforie.
Hesse legt uit: “Onderzoek toont aan dat hoe aangenamer lichaamsbeweging is, hoe meer je geneigd bent om het uit jezelf te doen. Cannabis bevordert de verbinding tussen lichaam en geest en helpt je los te komen van de rest van de wereld om je te concentreren op wat er in je omgaat.”
Dit zou kunnen verklaren waarom veel amateuratleten cannabis gebruiken, niet om wedstrijden te winnen, maar om het plezier van sport te herontdekken, waardoor lichaamsbeweging verandert van een karwei in een vorm van meditatie.
Risico’s, grenzen en de weg vooruit
Ondanks de groeiende populariteit is cannabis niet zonder risico’s voor sporters. Hoge doses THC kunnen angst, paranoia, overgeven, een droge mond of lethargie veroorzaken, wat gevaarlijk kan zijn in een context van topprestaties. De variabiliteit van individuele reacties maakt het plaatje ook ingewikkelder: wat voor de ene hardloper werkt, kan schadelijk zijn voor de andere.
Er is nog lang geen wetenschappelijke consensus. Zoals Hesse zei: “Het is jammer dat de mensen die zeggen dat we niet kunnen legaliseren totdat we meer wetenschappelijke gegevens hebben, dezelfde mensen zijn die zeggen dat we niet meer wetenschappelijke gegevens kunnen krijgen totdat we legaliseren.”
Tot die tijd blijft cannabis in een grijs gebied tussen prestatie, herstel en persoonlijke ervaring, tegelijkertijd verboden, gevierd door sommigen en bestudeerd door anderen.