Cannabis in Zuid-Afrika
Zuid-Afrika komt dichter bij legalisering cannabis
De Zuid-Afrikaanse Nationale Assemblee heeft op dinsdag 14 november de Cannabiswet voor Privégebruik goedgekeurd, waarmee een belangrijke stap is gezet in de legalisering van het persoonlijk gebruik van cannabis.
Deze stap volgt op de uitspraak van het Constitutionele Hof van 2018 die een einde maakte aan het cannabisverbod in het land. Maar zoals bij elke cannabishervorming is de weg naar legalisatie geplaveid met complexiteiten en nuances.
Waarom Zuid-Afrika cannabis wil legaliseren
De wortels van deze wetgevende reis kunnen worden teruggevoerd naar de Western Cape High Court beslissing van 2017, die oordeelde dat een verbod voor volwassenen om cannabis te consumeren op privéplekken ongrondwettelijk was. Rastafarian Garreth Prince en voormalig Dagga Party leider Jeremy Acton waren de drijvende krachten achter het aanvechten van het verbod, met als argument dat het onevenredig gericht was tegen zwarte en inheemse Zuid-Afrikanen.
Het Constitutionele Hof bevestigde deze beslissing in 2018 en droeg de regering op om voor 28 september 2024 een wetsvoorstel goed te keuren om het hervormingsproces van de wet af te ronden.
Het wetsvoorstel voor cannabis voor privégebruik kreeg de steun van verschillende politieke partijen, waaronder het Afrikaans Nationaal Congres, de Democratische Alliantie, de Inkatha Vrijheidspartij, de Economic Freedom Fighters, de Nationale Vrijheidspartij en het Pan-Afrikaans Congres van Azania. Niet alle stemmen zijn echter even eensgezind, want het Freedom Front Plus en de African Christian Democratic Party hebben tijdens de plenaire vergadering van de Nationale Vergadering hun verzet kenbaar gemaakt.
Hoewel het wetsvoorstel niet expliciet een recreatieve cannabismarkt creëert of de verkoop legaliseert, zijn de commissie en de Zuid-Afrikaanse regering optimistisch over de mogelijke impact op de cannabisindustrie van het land. De regering heeft van de cannabis- en hennepsector een prioriteit gemaakt en erkent het potentieel ervan om investeringen aan te trekken, banen te creëren en duurzame bestaansmiddelen op het platteland te ondersteunen.
Janho Engelbrecht, parlementslid voor de Democratische Alliantie, schetste de reikwijdte van het wetsvoorstel in het Huis: “Dit gaat over cannabis voor privégebruik door volwassenen. Het is niet toegestaan om cannabis te kopen of te verkopen, omdat dit een criminele activiteit blijft met ernstige gevolgen. Als je cannabis wilt roken, moet je het kweken, niet kopen”.
Vermindering van strafregisters
Een opmerkelijk aspect van het wetsvoorstel is de bepaling voor het wissen van de strafregisters van mensen die eerder zijn veroordeeld voor cannabisgerelateerde overtredingen. Net als deevolutie van de cannabisregulering in de Verenigde Staten, is deze maatregel bedoeld om de gevolgen van eerdere veroordelingen te herstellen en in lijn met de wereldwijde trend naar decriminalisering.
Het wetsvoorstel specificeert echter niet de hoeveelheden cannabisplanten en gedroogde cannabis die zijn toegestaan voor privégebruik. Om deze leemte op te vullen, zal de minister van Justitie en Correctionele Diensten, Ronald Lamola, een verordening opstellen, onder voorbehoud van goedkeuring door het parlement, die de parameters zal bepalen voor cannabisconsumptie door volwassenen in privéruimtes.
Ondanks de recente goedkeuring van het wetsvoorstel heeft het nog een lange weg te gaan. Moloto Mothapo, woordvoerder van het parlement, schreef het lange proces toe aan bezorgdheid over de mogelijke impact op kinderen. Het ministerie van Justitie en Constitutionele Ontwikkeling vroeg de commissie om de reikwijdte van het wetsvoorstel uit te breiden met overwegingen over de belangen van kinderen en benadrukte de noodzaak van een evenwichtige aanpak.
Mothapo verduidelijkte: “Het wetsvoorstel zoals ingediend en besproken door de commissie tot de vergadering van 12 september 2023 ging niet verder dan de focus op het privégebruik van cannabis voor volwassenen.”
Het wetsvoorstel gaat nu ter goedkeuring naar de Nationale Raad van Provincies.